In een grote grijze stad woont een bakker, die de mooiste taarten bakt. Steeds wanneer er eentje klaar is, richt hij zich trots op en maakt een huppeltje van plezier. Maar de taarten zijn zó mooi, dat niemand ze koopt: ze zijn te prachtig om op te eten. Het geld raakt op, en met zijn laatste ingrediënten bakt de bakker drie zoete broodjes. En die vliegen, jawel, over de toonbank. Steeds meer en meer broodjes worden er verkocht. Maar de bakker droomt maar van één ding: weer zijn geliefde taarten bakken. Al vanaf de eerste zin weet Meneer Zee, pseudoniem van Jan de Maeyer, je in het verhaal mee te slepen. De illustraties van Dorien Bellaar tonen mooi de huppelende bakker, die zijn schouders beetje bij beetje steeds meer laat zakken. De haast kwijlende klanten met enorme monden die door de etalageruit staren zijn geweldig, evenals de hebzuchtige blikken van wie een broodje wil bemachtigen. Een smakelijk prentenboek met een leuk verhaal over taart en broodjes, maar als extra laag vooral over de keuze tussen je verstand en goed geld verdienen, of je hart volgen. In de illustraties wordt dit mooi verbeeld door grijstinten versus vrolijke kleuren. Voor kleine smulpapen vanaf ca. 4 jaar, ook leuk om voor te lezen aan iets oudere kinderen. Hide text