In het kader van het Jaar van de Biodiversiteit verschijnt Wild wonders: de mooiste natuur in Europa door de beste fotografen. Negenenzestig Europese natuurfotografen doorkruisten veertien maanden lang achtenveertig landen om op honderdvijfentwintig locaties de biodiversiteit van het Europese continent vast te leggen. Meteen wordt duidelijk dat het dichtbevolkte Europa nog heel wat ongerepte natuur te bieden heeft. De fotografen zijn afkomstig uit negentien verschillende Europese landen en kregen een opdracht buiten hun vaderland, om het onderwerp met een frisse kijk te benaderen. Zo fotografeerde de Italiaan Maurizio Binacarelli het Belgische Hallerbos met de kleurige lentecombinatie van beukenbos, daslook en boshyacint die jaarlijks duizenden wandelaars lokt. Natuurlijk krijgt niet iedere fotograaf zo gemakkelijk zijn onderwerp voorgeschoteld. De Fransman Vincent Munier skiede wekenlang door de Noorse wildernis en kampeerde bij vijfentwintig graden onder nul tijdens zijn zoektocht naar muskusossen. Deze imposante dieren, die ooit in het gezelschap van mammoeten de toendra bevolkten, waren door menselijke bejaging nog enkel in Groenland en Canada te vinden. Intussen zijn ze in Noorwegen en Rusland opnieuw geïntroduceerd. Die link tussen de huidige biodiversiteit en die van de prehistorie vinden we terug in de prehistorische taferelen die elk hoofdstuk inleiden. De Zweedse fotograaf Staffan Widstrand is een van de initiatiefnemers en de Managing Director van het project. Voor hem demonstreert het boek dat de Europese ongerepte natuur een plaats verdient naast die van Afrika, Azië, Amerika en Oceanië. Dat impliceert meteen dat het ruim de moeite loont ze te conserveren en voor de toekomst te vrijwaren. En het toekomstbeeld is optimistisch, aangezien in bepaalde delen van Europa de natuur aan een sterke heropleving toe is. Toch moeten er nog heel wat inspanningen gebeuren. Door de Europeanen met initiatieven als deze bewust te maken van de natuurlijke diversiteit die hier te vinden is, wordt de bescherming ervan in de hand gewerkt. Natuurgebieden als Plitvice, Landmannalaugar, Tichá, Bagerova, Gredos, Padjelanta of Durmitor verdienen de bekendheid van de Afrikaanse of Amerikaanse natuurparken. Wild wonders toont onder meer de wisenten in het Poolse Bialowieza-bos, de muskusossen in het Scandinavische Dovrefjell-Sunndalsfjella, de Saïga-antilopen in het Russische Tsjernaja Zemlja en de Iberische lynx in de Spaanse Coto Doñana. Meteen wordt duidelijk dat Europa naast beren, wolven en elanden nog op heel wat groot wild kan bogen, zij het in de meer afgelegen gebieden. Nochtans gaat het hier om veel meer: de verscheidenheid van alle biotopen, planten en dieren, zowel in als buiten de natuurparken. Europees Commissie-voorzitter Barroso stelt dat 'we onze aandacht niet mogen beperken tot de natuurreservaten, want dan worden dat eilandjes van natuur in een wereld van verloedering'. Dit project overstijgt natuurlijk de beperking van een fotoboek, vandaar de website wild-wonders.com. Hier worden de fotografen voorgesteld die aan het project meewerkten, met interviews en links naar hun persoonlijke website. Elk land krijgt gaandeweg een aantal fotogalerijen die het fotoaanbod van het boek aanvullen. Zo vinden we hier een dertigtal foto's van het Hallerbos, het enige stukje Belgische natuur dat het boek haalde met een foto op de dubbele inhoudsbladzijde. Onvermijdelijk dient voor ons land het boek Wild wonders te worden aangevuld met Marc Slootmaekers' Biodiversiteit in België (zie p. 298), want wat op Europees niveau geldt, geldt zeker voor België: enkel de grotere bekendheid van onze natuurgebieden, fauna en flora kan ze op langere termijn redden van de ondergang. Toch blijven grensoverschrijdende initiatieven nodig omdat ecosys-temen niet bij de landsgrens stoppen en vele soorten over langere afstanden migreren. Biodiversiteit is geen waspoeder, zoals acht procent van de Britten denken. Het is de graadmeter van de gezondheid van het milieu waarin we leven. [Kris van Zeghbroeck]

Voor dit boek, dat verschijnt in het kader van het Jaar van de Biodiversiteit 2010, doorkruisten 69 Europese natuurfotografen 14 maanden lang 48 landen om op 125 locaties de biodiversiteit van het Europese continent vast te leggen. De fotografen zijn afkomstig uit negentien verschillende Europese landen en kregen een opdracht buiten hun vaderland, om het onderwerp met een frisse kijk te benaderen. Uit de vele foto's wordt duidelijk dat het dichtbevolkte Europa nog heel wat ongerepte natuur te bieden heeft. Zo tonen de beknopt becommentarieerde, paginagrote kleurenfoto's wisenten in Polen, muskusossen in Noorwegen, Saïga-antilopen in Rusland, de Iberische lynx in Spanje. Het boek opent met een inleiding van Aart Artsbergen, hoofdredacteur van National Geographic Nederland-België. Tussendoor korte teksten rond natuurbehoud en biodiversiteit; achteraan volgen een lijst van de fotografen en een overzichtskaart. Een mooi fotoboek, dat een goed beeld schetst van de grote verscheidenheid van biotopen, planten en dieren in Europa, zowel in als buiten de natuurparken. Zware hardcover.